De Iraans-Amerikaanse Kaveh Akbar (1989) werd geboren in het Iraanse Teheran en verhuisde op zijn tweede naar Amerika, waar hij nu lesgeeft aan de University of Iowa. Van zijn hand verschenen eerder al de dichtbundels Pilgrim Bell en Calling a Wolf a Wolf en het chapbook Portrait of the Alcoholic. Zijn gedichten verschenen onder meer in The New York Times en Paris Review. Akbar gaat tijdens Crossing Border in gesprek over zijn debuutroman Martelaar!.

Cyrus woont in een kleine kamer in een gedeeld appartement met een stapel vuile was en te laat ingeleverde bibliotheekboeken als zijn enige bezittingen. In de ledige uren sinds hij de drank heeft opgegeven, is hij vooral bezig met nadenken over schrijven en dat niet doen, mediterend over de diepere betekenis van zijn Iraanse achtergrond. Wat hij eigenlijk wil, is sterven. Het ultieme martelaarschap bereiken. Dat zit in de Iraanse aard, stelt hij. Zwalkend door het leven hoort hij over de Iraanse kunstenares Orkideh die in het Brooklyn Museum in New York een performance opvoert: Death-Speak. Ze brengt haar laatste weken en dagen door in het museum terwijl ze sterft aan kanker en gesprekken aangaat met de bezoekers. Dit is wat hij nodig heeft. Hij neemt het vliegtuig naar New York, maar de gesprekken die hij met Orkideh voert, brengen hem niet dichter tot de dood, maar naar het leven.